ADD en Hersenen
Bij ADD vindt er een storing plaats bij het doorgeven van informatie tussen de hersencellen. Er zijn onvoldoende chemische stoffen aanwezig waardoor de elektrische signalen uiteindelijk in kracht zullen afnemen.
Het zijn voornamelijk de hersencellen die verantwoordelijk zijn voor de zintuiglijke waarneming. Dit betekent dus dat de informatie die op ons afkomt door de hersenen minder efficiƫnt wordt geregistreerd dan de oorspronkelijke.
In het geval van ADD betekent het dus ook dat door het ontbreken van voldoende hersenprikkels er ook minder adrenaline wordt geproduceerd dan nodig is. Het probleem is niet dat iemand met ADD zich niet kan concentreren, maar dat hij het concentratievermogen niet gericht kan inzetten op het moment dat dit nodig is. Bij ADD wordt de informatie wel opgenomen maar duurt het verwerken en beoordelen van de informatie langer.